Ik snap dat rechercheurs zoveel mogelijk middelen in willen zetten om de dader van misdrijf op te sporen. Het struinen door DNA- en vingerafdrukdatabanken kan hier bij horen. En dat een agent eens wil kijken in de archieven van zijn Duitse, Belgische of andere Europese collega’s, dat begrijp ik ook. Maar wat mij betreft zijn de recente Europese afspraken (Verdrag van Prüm) hierover wel erg makkelijk genomen. Want ik ben niet overtuigd van de bescherming van onze privacy, van een deugdelijke democratische controle en van de technische volmaaktheid van het systeem. Hierover schrijf ik in het komende nummer van Perron E, dat 20 september verschijnt. Drie dagen later is er in Felix Meritis een debat over Europese privacy, onder meer met de Europese Toezichthouder op de Bescherming van Persoonsgegevens, Peter Hustinx. (artikel)